De Goede Vis krijgt subsidie van het ministerie (zie ook Trouw 15 juli jl.)
Goede vissers noemen ze zichzelf, hun visserijbedrijfje heet Goede Vis. Barbara Rodenberg en Jan Geertsema vissen op de TS31 op harder en zeebaars, ze rapen aan de kust kokkels en Japanse oesters. Gewoon met de hand. Ze moeten dus heel hard werken om aan een (marginaal) inkomen te komen. Het moeten dus wel idealisten zijn: vissers die vogels uit hun netten bevrijden en jonge vis in zee terug gooien.
Vis van de TS31 kunt u altijd op de menukaart van restaurant Schathoes Verhildersum aantreffen. Ze zijn er daar fier op!
De subsidie krijgen ze omdat ook het ministerie dat zich met de visserij bezighoudt gemerkt heeft dat zij op een vernieuwende manier bezig zijn vis te vangen. Vernieuwend wil tegenwoordig zeggen: duurzaam, kleinschalig en verantwoord: eigenlijk gewoon met de kop erbij.
De subsidie gaan ze gebruiken samen met andere vissers de afzet van al die goede vis te verbeteren. Zodat vraag en aanbod beter op elkaar aansluiten en Barbara haar schoonmoeder niet telkens hoeft te vragen ergens een kratje af te leveren. Het kan allemaal wel wat professioneler met de logistiek.
Meer restaurants moeten vis van de Goede Vis afnemen. Chefkok Dick Soek zegt het zo: Barbara en Jan zijn knokkers die het avontuur durven aangaan, ze durven hun nek uit te steken en vissen met de seizoenen mee. Waar het kan, beveel ik hun vis aan. Laatst nog bij restaurant Merkelbach op Frankendael in Amsterdam.
Nu is het seizoen geheel van de harder, de diklipharder, die kun je ook goed zelf klaarmaken. Leg maar eens een drijfnatte krant in de (elektrische) oven. Met de harder erin. Of drenk de harder in de olijfolie tot hij onder staat, met laurier, knoflook, een uitje, rozemarijn een minuutje of dertig op een temperatuur van 90 graden…daarna met een glas Cavi di Cavi (Piemonte) en de gordijnen dicht verorberen, rustig aan, niet schrokken...